Het regent oude wijven …

Deze week kwam in het dagelijkse weerpraatje op Radio 2 in de middag met Herbert zomaar een interessante vraag naar boven toen het over de aankomende regenval ging. We staan er niet altijd bij stil, maar onze Nederlandse taal zit werkelijk vol pareltjes en culturele rijkdommen.

Zo kwam plots het gezegde boven drijven (hoe toepasselijk) dat het ‘oude wijven zou gaan regenen’. Een spreuk die aanduidt dat er veel en intense regen op ons af zou gaan komen.

De vraag, om in de sfeer te blijven, ‘borrelde’ dan ook op: waar komt deze zegswijze in Godsnaam vandaan?

Nu moet ik eerlijk bekennen dat ik daar zelf niet het minste benul van had. Het is een spreuk / zegswijze die in de weer-wereld wel nog al eens durft naar voor komen als het hondenweer is (nog zo een uitdrukking …).

Ik heb mij tijdens de zoektocht naar de verklaring ervan, eigenlijk wel stiekem geamuseerd. Tijdens het links en rechts wat info hierover samen sprokkelende  en al grasduinend leer je zeker hier en daar weer wat bij. Het is ongelooflijk hoe inventief, rijk en gekleurd onze taal is. We staan daar eigenlijk niet genoeg bij stil.

Zo heb ik geleerd dat deze spreuk eigenlijk maar een deel van het oorspronkelijke grotere geheel is. De volledige spreuk blijkt namelijk te zijn:

 

Het regent oude wijven met klompen aan.

 

Wat op zich dan weer een verwijzing blijkt te zijn naar vroegere tijden toen de mensen op klompen liepen. Vele van deze spreuken zijn immers een paar eeuwen oud en deze is dat zeker niet minder. Het feit dat vele spreuken hun oorsprong in vroegere tijden vinden, is logisch. Er waren geen geschreven teksten, boeken of andere media om zaken op vast te leggen. De mensen moesten alles van mond tot mond aan elkaar doorgeven en dan ging dat net wat makkelijker op rijm of met leuke verwijzingen.

De verwijzing naar de klompen, wil dan zeggen dat het heel hard regent. De regen klettert dan letterlijk op de daken, stenen en alle andere voorwerpen. Te vergelijken met het lawaai dat klompen maken als je op stenen stapt.

Bijzonder eenvoudig, maar werkelijk prachtig gevonden toch?

Er blijken trouwens een aantal – soms ook voor mij onbekende – varianten van deze zegswijze te bestaan. Zo wordt er ook wel gezegd blijkbaar:

 

Het regent scheermesjes.

Het regent bakstenen.

Het regent pieken (oud Nederlandse benaming voor Guldens, de vroegere betaalmunten in Nederland).

 

Waarbij ook hier een verwijzing is te vinden naar het lawaai dat scheermesjes, bakstenen of centen maken als ze vallen.

 

Een andere en waarschijnlijk meer bekende spreuk in deze context, is:

Het regent pijpenstelen.

 

Hier is de oorsprong wat logischer van. In de jaren 1700-1800 werd er door veel mannen pijp gerookt. Dat was toen heel gewoon. Het is van in die tijd dat we de eerste geschreven weergaves van deze uitdrukking terug vinden. Die pijpen hadden toen een heel lange steel en daarmee is de verklaring al heel snel gegeven. Als het heel hard regent, trekken de dikke regendruppels als het ware ‘strepen’ in de lucht. Die lijken nog het meest op die lange, dunne pijpenstelen.

Er is trouwens nog een hele mooie verwijzing, maar die is minder op de intensiteit van de regen van toepassing, maar op de kleur van de lucht. Als de lucht waaruit de regen valt, erg donker is, gitzwart eigenlijk, zoals het vel van de mol, dan wordt er hier en daar ook gezegd:

 

Het regent mollenjongen.

Of op zijn West-Vlaams als de bui op komst is en de aankomende lucht gitzwart zit:

 

’t Goa mollejoengen broak’n.

* Vertaald voor de niet West-Vlamingen: Het zal mollenjongen braken 😉

 

En dat een intense regen een tijd kan aanhouden, wordt in deze spreuk mooi, kort en krachtig samengebald:

 

Veel blaasjes op de waterplas, nog veel regen komt er aan te pas.

 

En zo kunnen we nog wel even doorgaan, maar voorlopig hou ik het bij deze spreuken. Als er nog leuke varianten zijn, mag je die altijd laten weten, dan kunnen we op zoek gaan naar meer info.

 

Geert, 08 februari 2019